52. Meditatief door het leven

Iemand vroeg me wat er kan worden verstaan onder een “verruimd bewustzijn”. Nu ik er enkele weken aan heb kunnen wennen, zullen er wel woorden komen.

Het best lijkt het me de vergelijking te maken tussen “(pre-)burnout” en hoe ik nu in het leven sta. Niet dat ik me genezen verklaar, want er zijn nog steeds momenten dat ik naar beneden meegetrokken word door stress. Het gaat nu veel, veel minder diep en het duurt korter, zoals mijn therapeute me had beloofd.

Enkele voorbeelden van mijn (pre-)burnout-mindset:

  • Meegesleept worden door gedachten en er uren over piekeren zonder dat je daar iets aan kunt doen, zeker wanneer je zou willen slapen of goed functioneren tout court
  • Meegesleept worden door gevoelens, voorzover je ze kunt detecteren
  • Opgesloten zitten in je hoofd, alsof er een hele dikke muur rond zit
  • Amper controle hebben over je uitspraken en gedrag – bijvoorbeeld het idee van een keer “nee zeggen” alleen al vervult je met doodsangst voor de sociale gevolgen daarvan (‘stel dat ze me nooit meer willen meevragen, dat ze me niet meer leuk gaan vinden, dat ik iemand zou kwetsen, …’)
  • Je leven inrichten naar anderen (‘er moet van de vloer gegeten kunnen worden, ik moet er piekfijn uitzien en een geweldig maal op tafel toveren, …’) zonder dat je er echt voor hen kunt zijn, want je wordt non-stop in beslag genomen door wat de innerlijke dwingeland je oplegt (dadelijk meer over die dwingeland)
  • Geen enkele grens voelen zitten en er dus dagelijks overheen walsen op alle mogelijke gebieden
  • Niet opmerken dat je chronisch hondsmoe, overspannen, chagrijnig, wanhopig, niet jezelf bent
  • Panikeren bij alle “extraatjes”: vervoermiddel stuk, iets vergeten in de winkel, onverwacht bezoek, onverwacht verzoek, … omdat de dagelijkse routine het uiterste van je krachten vergt
  • Op automatische piloot leven

Herkenbaar?

Dan ga ik je nu voorstellen aan je ego. Dat is het stemmetje in je hoofd dat nooit content is. Hoe je ook je best doet, het gaat dag in dag uit van “stomme trut,” “zie je wel,” “jij deugt echt nergens voor,” “dit gaat nooit lukken,” enzovoort.
Het ego maakt problemen die er niet zijn, daar is het kampioen in! Zowel praktisch (een veel te groot huis bewonen dat je niet kunt betalen, amper zeggenschap hebben over je agenda) als meer onderhuids (gebukt gaan onder de “wat als?” angsten, jezelf allerlei dingen opleggen en verbieden).
Je mag het ego er de schuld van geven dat je ongelukkig bent (als dat zo is, toch), want de favoriete bezigheid van het ego is nu eenmaal de pret vergallen, dwarsliggen, doemdenken, saboteren. Een beeld komt in me op van een peuter die overstuur is, die niet geholpen of getroost wil worden, die niet voor rede vatbaar is. Zet hem maar in de hoek want niets anders helpt. Zo stampt en brult het ego non-stop en we geven het zijn zin (omdat we niet weten dat er een alternatief is) terwijl we proberen ons eigen ding te doen of, godbetert, in slaap te vallen.

De natuur van de geest genereert gedachten en gevoelens. Het ego zorgt ervoor dat je daar als een schip op woeste zee door wordt meegesleurd. Je lichaam is de reddingsboot. Een groeiend bewustzijn is de kapitein.

Je lichaam heb je altijd bij je. Als je niet zou ademen, was je er niet meer. De kunst is om af en toe je ademhaling te volgen zoals die vanzelf gaat, zodat je uit je ego-storm komt en in je lichaam. In het hier en nu. Waar je lichaam uiterst nauwkeurig aangeeft hoe het op dit moment is, als je leert het te voelen. Door het ritme van je hartslag, de spanning in je spieren, eventuele pijn, het ritme van je ademhaling enzomeer kun je achterhalen of er misschien ergens iets schort, of misschien is juist alles tiptop in orde. Ons lichaam weet veel beter dan wijzelf hoeveel energie er op dit moment ter beschikking is (lees ook Tijdsurfen).

Na twee jaar mindfulnessbeoefening lukt het me behoorlijk goed om in het hier en nu, in mijn lichaam en mijn ademhaling, bewust te blijven. Sinds de jaarwisseling lijkt alles echter anders. Werkelijker. Alsof het water van de zee een pak minder troebel is geworden, de windhoos gaandeweg is afgezwakt naar een storm naar een stevige bries.

Misschien was de episode met de voet, het werk en het opgroeigezin een van de laatste aanvalspogingen van het ego? Ik heb oplossingen gevonden: verzoening met mijn ouders. Steunzolen. Mijn brus doet weer relatief normaal sinds ik weer relatief normaal doe (een zoveelste poging om er terug mee door dezelfde deur te kunnen), dus die confrontatie hoeft misschien niet eens meer. Zoals bij elke cirkel die ik verlaat, is de opluchting groot, al zegt m’n lichaam door het nachtelijk tandenknarsen en de stijve schouders dat we er nog niet helemaal zijn. Maar ik slaap, en hoe!

Hoe definieer je bewustzijn, de vraag waarmee dit stukje begon? Het is de evolutie uit een toestand van niet-weten naar een toestand van vrije keus. In de rustige toestand van het ademen, het waarnemen en het aanwezig zijn, heb je de keuze of je meegaat in een gedachte/gevoel/gebeurtenis of niet. Of je het vuur ervan oppookt of niet. Want het is de natuur van de geest om gedachten en gevoelens te creëren – geloof niemand die zegt dat hij die niet meer heeft.

Laatst moest ik een heel eind met een volle tram. Ik had me strategisch opgesteld op een conflictvrij plekje en probeerde een goede raad uit: ervoor kiezen om me niet te laten overweldigen door al die gezichten. Door uit het raam of naar de grond te staren, of als dat zicht geblokkeerd werd desnoods naar een bepaalde schroef. De vrijheid die ik voelde, maakte me euforisch. Ik bleef glimlachend rustig staan ademen terwijl mijn persoonlijke cirkels aan een stuk door geïnfiltreerd werden door onbekenden. Ik was alert, rustig en energiek. De week ervoor was dat wel even anders geweest, op een trein vol arrogante zondagavondstudenten, waar ik mijn batterij voelde leeggutsen zonder dat ik kon zeggen waarom precies.
Toen stapte een oude vrouw op, en kwam vlak bij mij terecht. Elk weldenkend mens zou moeten zien dat zij niet in staat was om lang recht te staan, maar veel wordt er blijkbaar niet welgedacht op een middag in de stad. Veel opties om haar te helpen had ik niet, behalve haar te vragen of het zou lukken en alvast mijn arm op haar schouderhoogte uit te strekken voor het geval ze zou vallen. “Als we straks draaien, ga ik vallen,” zei ze zachtjes. Ik zei dat ik haar zou opvangen. Toen was er toch ergens een frank gevallen, want een vrouw van in de veertig bood haar zitplaats aan. Zonder naar de gezichten te willen kijken, vermoedde ik dat iedereen die neerzat, zich schaamde. De oude vrouw nam blij verrast plaats en ik probeerde de innerlijke rust terug aan te raken, wat pas lukte toen ik bevend op een bankje aan mijn eindhalte water had gedronken, een koek gegeten en een sigaret gerookt.

Volgens mij is stress vooral iets sociaals. Maar ik ben dus, tot op zekere hoogte, al in staat om mijn innerlijke kapitein aan het roer te zetten. En dat geeft moed!

Meer lezen over meditatie en bewustwording?

  • Osho
  • Sogyal Rinpoche
  • Edel Maex
  • Jon Kabat-Zinn
  • Ouspensky
52. Meditatief door het leven

10 gedachtes over “52. Meditatief door het leven

Plaats een reactie